De schaafijsman van Nesselande gaat op pad met hele blokken bevroren water. Met een schaaf wordt het ijs geschraapt, in een bekertje gedaan en voorzien van een flinke laag siroop. Zie hier de Surinaamse variant van slush puppie, dat ijsdrankje waar je tong vroeger blauw of rood van werd. Harold Baidjoe en zijn vrouw Sabita maken het voor het derde seizoen op een rij, voor hun ijskarretje op de boulevard van Nesselande aan de Zevenhuizerplas.

Baidjoe verliet toen hij 2 jaar was zijn geboorteland Suriname en kwam naar Nederland. Hij woonde in Kralingen en Capelle, maar streek vier jaar geleden neer in Nesselande. Of hij al een BN’er – een Bekende Nesselander – is, daar heeft hij geen idee van. Toch begint zijn Surinaamse lekkernij à 2 euro gretig aftrek te vinden, vooral op warme dagen zoals gisteren.

Cola, aardbei, kersen, ananas, grenadine of kokos-amandel: met zijn vele smaakjes is schaafijs populair in Suriname, waarna het is overgewaaid naar Nederland. Maar kent de wijk het tropische goedje al goed genoeg om er een goede boterham mee te verdienen? ,,Nesselande bestaat voor 95 procent uit Nederlanders, ik schat dat zo’n 60 procent schaafijs niet kent,’’ rekent Baidjoe voor uit het blote hoofd. Maar hij constateert dat de strandgangers steeds meer aan het schaafijs gaan. ,,De zaken gaan goed, zeker als het straks zomervakantie is.’’

Zijn vader bracht hem destijds op het idee voor de schaafijskar. ,,Waarom begin je daar niet mee?’’ vroeg pa Baidjoe. In 2006 kreeg Harold de benodigde vergunning en is Suri-IJs op de boulevard van Nesselande te vinden.

De schaafkar staat in de schuur van Baidjoe, op een steenworp afstand van de Zevenhuizerplas. ,,Als het mooi weer is, loop of rijd ik eerst even langs om te kijken of het druk is. Dan beslis ik of er met de kar ga staan.’’