Het zit Nesselander wethouder Haven en Economie van Rotterdam, heer Simons van Leefbaar Rotterdam, niet mee. In 2024 wist de Rotterdamse Rekenkamer te melden dat het college onder leiding van Leefbaar Rotterdam nauwelijks doelen wist te behalen. Dit bovenop de leegloop in de partij.
De Rotterdamse haven, ooit het kloppende hart van de Europese industrie, kraakt onder de druk van een nieuwe tijd. Waar vroeger tankers vol ruwe olie aanlegden en de kades glansden van bedrijvigheid, ligt nu een onzekere stilte.
Het vertrek van Shell, dat zijn biobrandstoffabriek elders gaat bouwen, wordt door velen gezien als een kantelpunt. Niet alleen een fabriek, maar een symbool van vertrouwen in de toekomst van de Maasstad is verdwenen. Het is vooral de locanieke houding van de wethouder uit Nesselande die maar blijft wijzen naar een kabinet die al langere tijd geen beslissing kan nemen. De wethouder wordt vooral desinteresse verweten (weinig bezoeken aan de bedrijven in de haven) en het totaal inschatten van het economisch belang van de haven voor Rotterdam en Nesselande.
Loodsen
De reusachtige loodsen aan de rand van de Botlek staan halfleeg. Werknemers die jarenlang zekerheid vonden in ploegendiensten, kijken naar de horizon waar schepen kleiner en schaarser lijken. Havenarbeiders vertellen fluisterend dat er steeds meer bedrijven hun koffers pakken. “De tijden van oneindige groei zijn voorbij,” zegt een oude kraanmachinist. Zijn stem is moe, maar niet zonder hoop.
Gemeentebestuurders en ondernemers proberen de pijn te verzachten door nieuwe kansen te zoeken: waterstof, circulaire industrie, logistiek die groener en slimmer moet worden. Toch voelt de overgang als een zware storm. De stad die decennialang leefde van staal, olie en containers, moet zichzelf opnieuw uitvinden.
En terwijl de schemer over de Maas valt, weerkaatsen de laatste zonnestralen op lege kades en roestige scheepswanden. De haven is niet dood, maar ze vecht. Tegen vertrek, tegen verval, tegen het idee dat de wereld haar misschien niet meer nodig heeft. In dat gevecht schuilt de vraag: kan Rotterdam opnieuw groot worden, niet door wat er vertrekt, maar door wat nog komen gaat?
Na een verhitte discussie, eerder dit jaar in de Rotterdamse raad, wist de wethouder niet te verklaren waarom hij na 20 maanden pas de raad wist te vertellen dat de positie van de Rotterdamse haven flink wegzakt, zie artikel. Wethouder Simons van Leefbaar Rotterdam kwam niet verder dan een verklaring dat hij “.. al 20 maanden briefjes stuurt naar het Rijk, maar nog niets had gehoord.” (In deze periode is het kabinet ook vervangen door verkiezingen, Red.).
Een lakse wethouder Leefbaar Rotterdam; een woeste VVD Rotterdam
Dit resulteerde vervolgens in een woeste mevrouw Abrahamse van de Rotterdamse VVD, en tevens lid van de Commissie Commissie Mobiliteit, Haven, Economie en Klimaat waar de wethouder Simons zich dient te verantwoorden. Het lid van de fractie van de VVD gaf aan die ochtend van het gewraakte debat met wethouder Simons “.. gewoon direct met de minister te hebben gebeld en zich afvraagt waarom heer Simons 20 maanden lang briefjes stuurt en geen actieve houding toont.. ”
Op 18 maart is bekend geworden dat binnen 24 uur is dat opnieuw twee grote fabrieken in Rotterdam aangekondigd hun deuren te sluiten. Na eerdere sluitingen bij Gunvor en Westlake kondigen nu ook Tronox en LyondellBasell aan hun activiteiten te beëindigen.
Veel zorgen voor wethouder Simons
Dit betekent verlies van honderden banen en vergroot de zorgen die wethouder Robert Simons (Economie en Haven, gemeente Rotterdam) die de vinger wijst naar het Rijk, die de Haven van Rotterdam ogenschijnlijk niet op de agenda heeft staan.
Heer Simons dringt er opnieuw op aan om snel werk te maken van de voorgestelde maatregelen, maar toont weinig daadkracht en visie als het Rotterdamse bedrijfsleven zich niet gehoord voelt en op tempo de stad verlaat.
Leefbaar Rotterdam wankels; december 2024 heeft wederom een wethouder van de partij zijn functie neergelegd(tevens wijkwethouder Nesselande) en achtervolgt het hooligan-verleden de wethouder Buijt van Leefbaar Rotterdam. Wethouder Buijt blundert met een falend daklozenbeleid en de zorgwachtlijsten in Rotterdam die deze collegeperiode van zes weken naar ruim drie maanden zijn gegroeid.
